Tips voor het plukken van appels

Appels plukken lijkt misschien simpel, maar er komt meer bij kijken dan je denkt. Door op het juiste moment en op de juiste manier te plukken, zorg je ervoor dat de appels hun beste smaak hebben en langer houdbaar blijven. Een appel die te vroeg wordt geplukt, kan nog hard en zuur zijn, terwijl een te laat geoogste appel melig of beschadigd kan raken. Met een paar slimme tips kun je je oogst verbeteren en voorkomen dat er appels verloren gaan.

Kies het juiste moment

Het belangrijkste bij appelplukken is het juiste moment bepalen. Je kunt vaak zien dat appels rijp zijn wanneer ze een mooie, egale kleur hebben gekregen. Afhankelijk van het ras kan dat geel, rood of een combinatie zijn. Ook voelen rijpe appels iets zachter aan en laten ze gemakkelijk los van de tak.

Een goede test is de draaibeweging: pak de appel vast en draai hem zachtjes een kwartslag. Als hij rijp is, laat hij los zonder dat je hoeft te trekken. Proef ook gerust een appel; de smaak vertelt je vaak het meest.

Plukken zonder te beschadigen

Een appel die beschadigt tijdens het plukken, bederft sneller. Pak de appel altijd voorzichtig vast, zonder te knijpen. Gebruik je duim en vingers om de vrucht te ondersteunen. Trek niet aan de appel, maar gebruik de eerder genoemde draai- en liftbeweging.

Zorg dat het steeltje aan de appel blijft zitten. Het steeltje beschermt de appel tegen indringers zoals bacteriën en schimmels. Zonder steeltje is de kans groter dat de vrucht sneller rot.

Gebruik de juiste hulpmiddelen

Voor appels die hoger in de boom hangen, is een plukstok of fruitplukker ideaal. Dit is een lange steel met een zakje of mandje aan het uiteinde waarmee je de appels voorzichtig kunt losmaken. Een ladder kan ook, maar zorg dan wel dat deze stabiel staat en dat je altijd met één hand vasthoudt terwijl je met de andere plukt.

Draag bij voorkeur handschoenen als je veel moet plukken, vooral op een frisse ochtend. Zo voorkom je koude handen en heb je meer grip.

Plukken in de juiste volgorde

Begin met de rijpe appels die je makkelijk kunt bereiken. Appelbomen rijpen vaak ongelijk, dus het is beter om in meerdere rondes te plukken in plaats van alles in één keer. Pluk eerst de appels aan de buitenkant en bovenkant van de boom, omdat die vaak het meeste zonlicht hebben gekregen en dus eerder rijp zijn.

Bewaren na het plukken

Niet alle appels zijn even lang houdbaar. Sommige rassen, zoals Elstar, zijn ideaal om direct op te eten, terwijl bewaarappels zoals Jonagold of Goudreinet maanden goed kunnen blijven als je ze juist bewaart.

Bewaar appels op een koele, donkere en droge plek. Een kelder of onverwarmde schuur is ideaal. Leg ze in een enkele laag in kistjes en controleer regelmatig op rotte exemplaren, zodat de rest niet wordt aangestoken.

Genieten van je oogst

Zelf geplukte appels smaken vaak beter dan appels uit de winkel. Je kunt ze direct eten, verwerken in taarten en moes, of drogen voor later gebruik. Door bewust te plukken en goed te bewaren, geniet je nog weken of zelfs maanden van je oogst.

Appelplukken is bovendien een leuke activiteit om samen te doen. Met deze tips haal je niet alleen de beste kwaliteit uit je boom, maar maak je er ook een gezellige traditie van.