Als je knolselderij gaat kweken, wil je natuurlijk stevige, gezonde knollen oogsten. Een van de belangrijkste factoren die daarbij een rol speelt, is de juiste plantafstand. Misschien denk je: het is toch maar een plantje, dat kan best dicht op elkaar? Maar niets is minder waar. Knolselderij heeft ruimte nodig om te groeien en een goede knol te vormen. In dit blog vertel ik je precies hoe ver je knolselderij uit elkaar moet planten, en waarom die afstand zo belangrijk is.

Waarom is plantafstand belangrijk?

De afstand tussen je planten heeft een directe invloed op de gezondheid en de grootte van je oogst. Als je knolselderij te dicht op elkaar zet, krijgen de planten onvoldoende licht, lucht en voeding. Ze belemmeren elkaars groei en de kans op schimmel of ziekten neemt toe. Daarnaast vormt de plant dan vaak een kleinere knol, of soms zelfs helemaal geen knol.

Wat is de ideale plantafstand voor knolselderij?

Knolselderijplanten zet je het beste op een afstand van 40 bij 40 centimeter. Dat betekent 40 cm ruimte tussen de planten in de rij, en 40 cm tussen de rijen. Deze afstand biedt genoeg plek voor de knol om zich goed te ontwikkelen, en zorgt ervoor dat het loof van de planten elkaar net niet raakt.

Kweek je op een kleiner oppervlak, zoals in een verhoogde bak of kas, dan kun je iets dichter op elkaar planten (bijvoorbeeld 35 x 35 cm), maar houd dan de planten goed in de gaten en verwijder eventueel blad als het te vol wordt.

Hoe plant je knolselderij uit?

Je begint meestal met het zaaien van knolselderij in maart of april, binnen of in een kas. Zodra de jonge plantjes sterk genoeg zijn en het buiten niet meer vriest (meestal rond mei), kun je ze uitplanten in de volle grond. Zorg dat de grond goed is voorbereid: los, voedzaam en rijk aan compost.

Plant elk plantje op de juiste afstand en let erop dat het groeipunt boven de grond blijft. Als je de plant te diep zet, kan dat de vorming van de knol belemmeren. Druk de grond lichtjes aan en geef meteen water na het planten.

Tips om het planten makkelijker te maken

Een handige tip is om met een meetlint of stok even uit te zetten waar je de planten precies wilt zetten. Zo voorkom je dat je op het oog te dicht op elkaar werkt. Een andere tip: plant in een driehoeksverband. Daarmee benut je de ruimte iets efficiënter en blijven de planten toch luchtig staan.

Als je met rijen werkt, kun je ook een touw spannen om recht te planten. Zeker als je meerdere bedden knolselderij wilt zetten, helpt dat enorm bij het onderhoud.

Tot slot: ruimte is groei

Het lijkt misschien verleidelijk om zoveel mogelijk planten in je moestuin te proppen, maar bij knolselderij werkt dat vaak averechts. Geef je planten de ruimte, en ze belonen je met mooie, stevige knollen in het najaar. Dus meet die 40 bij 40 centimeter af, plant zorgvuldig en je zult merken dat het echt verschil maakt voor je oogst.

Knolselderij kweken is geduldwerk, maar met de juiste afstand leg je een belangrijke basis voor succes!