
Welke peren zijn geschikt als stoofperen?
Als de dagen korter worden en de avonden kouder, komt er niets zo goed van pas als een schaal dampende, geurige stoofperen. Het is een klassiek bijgerecht dat niet alleen mooi oogt op tafel, maar ook een feest is voor je smaakpapillen. Toch is niet elke peer geschikt om te stoven. Misschien heb je wel eens geprobeerd om een sappige handpeer, zoals een Conference, te gebruiken en gemerkt dat hij tijdens het koken verandert in een draderige brei. Zonde van je tijd én je peren. Daarom is het handig om te weten welke peren je wél moet kiezen als je stoofperen wilt maken.
Waarom speciale stoofperen?
Stoofperen verschillen van handperen doordat ze een veel steviger structuur hebben. Handperen zijn bedoeld om rauw te eten: ze zijn sappig, zoet en zacht. Stoofperen daarentegen bevatten meer vezels en zijn in hun rauwe vorm vaak keihard en wrang. Niet bepaald lekker om zo uit het vuistje te eten. Maar juist die stevigheid maakt ze ideaal om langzaam te garen. Tijdens het stoven nemen ze smaakstoffen op uit wijn, bessensap of kruiden, terwijl hun structuur behouden blijft. Het resultaat: mooie, stevige, zachtzoete peren die smelten op je tong.

De bekendste stoofperen
In Nederland kennen we een aantal klassieke stoofperenrassen die al generaties lang worden gebruikt. Dit zijn de meest voorkomende:
Gieser Wildeman
Dit is zonder twijfel de bekendste stoofpeer. De Gieser Wildeman is klein, stevig en donker van kleur. Rauw zijn ze bijna niet te eten, maar na een paar uur stoven worden ze heerlijk zacht en krijgen ze die typische dieprode kleur, vooral als je ze kookt met rode wijn of bessensap. Hun smaak is vol en zoet, wat ze ideaal maakt voor traditionele gerechten tijdens de feestdagen.
Lees ook: Stoofperenboom te koop
Saint Rémy
Een iets minder bekend ras, maar minstens zo lekker. De Saint Rémy is groter dan de Gieser Wildeman en heeft een groengele schil. Ze worden tijdens het koken minder snel rood, maar blijven wel mooi stevig. Daardoor zijn ze bijzonder geschikt als je peren wilt serveren die hun vorm goed behouden, bijvoorbeeld bij een chic diner.
Brederode
Ook de Brederode is een klassieke stoofpeer. Deze peer is iets sappiger dan de Gieser Wildeman en krijgt tijdens het stoven een mooie wijnrode kleur. Ze hebben een lichte kruidige smaak, waardoor ze perfect combineren met kaneel en kruidnagel.
Lees ook: Webshop met perenbomen
Dirkszoon
Een ouderwetse soort die je tegenwoordig minder vaak in de supermarkt vindt, maar soms nog wel bij telers of op markten. Deze peren hebben een stevige bite en zijn zeer geschikt om langere tijd te stoven zonder uit elkaar te vallen.
Welke peren beter niet?
Zoals gezegd, moet je handperen zoals Conference, Doyenné du Comice of Williams beter vermijden. Ze zijn heerlijk om vers te eten, maar bij het stoven verliezen ze hun structuur en veranderen ze in een papperige brij. Dat is prima als je bijvoorbeeld stoofperenmoes wilt maken, maar niet als je mooie, glanzende stoofperen op tafel wilt zetten.

Tips voor de perfecte stoofpeer
- Kies kleine peren: Kleine peren zoals Gieser Wildeman zijn ideaal, omdat ze sneller en gelijkmatiger garen.
- Laat de steeltjes zitten: Dat staat niet alleen mooi, maar maakt het ook makkelijker om ze uit de pan te halen.
- Voeg kleur toe: Rode wijn of bessensap zorgt voor die prachtige dieprode kleur. Zonder kleurmiddelen blijven veel stoofperen bruinig.
- Wees geduldig: Stoofperen hebben tijd nodig. Reken op minstens 1,5 tot 3 uur sudderen, afhankelijk van de soort en de grootte.
Conclusie
Als je stoofperen wilt maken, kies dan altijd voor rassen die speciaal bedoeld zijn om te stoven. De Gieser Wildeman is veruit de populairste en meest toegankelijke keuze, maar ook Saint Rémy en Brederode zijn uitstekende alternatieven. Gebruik je een handpeer, dan is de kans groot dat je teleurgesteld wordt. Met de juiste stoofpeer op je fornuis maak jij in de wintermaanden een bijgerecht dat niet alleen heerlijk smaakt, maar ook je hele huis vult met de geur van gezelligheid.