Een druivenstruik in je tuin is niet alleen mooi om te zien, maar levert – met een beetje zorg – ook nog eens heerlijke trossen sappige druiven op. Of je nu droomt van tafeldruiven, zelfgemaakte rozijnen of zelfs een bescheiden flesje wijn: het begint allemaal met de juiste plek. Want waar je de druif neerzet, maakt echt het verschil tussen een plant die kwakkelt en eentje die uitbundig groeit en vrucht draagt.

In dit blog lees je precies waar je op moet letten bij het kiezen van de beste plek voor jouw druivenstruik.

Zon, zon en nog eens zon

Druiven zijn echte zonaanbidders. Oorspronkelijk komen ze uit warme streken zoals het Middellandse Zeegebied, en ook bij ons geldt: hoe meer zon, hoe beter. Zet je druivenstruik dus op een plek waar hij minimaal 6 tot 8 uur zon per dag krijgt. Meer mag altijd.

Lees ook: Druiven planten kopen

Een populaire keuze is een plek tegen een zuidmuur. Zo’n muur warmt overdag op en straalt ’s avonds warmte uit, wat het microklimaat rond je plant verbetert. Dat helpt niet alleen bij het rijpen van de druiven, maar beschermt ook tegen nachtvorst in het voorjaar.

Heb je geen zuidmuur? Een westmuur of een plek in volle zon in je tuin werkt ook, zolang er maar weinig schaduw valt.

Beschut tegen wind en vorst

Druiven houden van warmte, maar zijn niet dol op gure wind. Kies dus een plek die beschut ligt tegen de koude noorden- of oostenwind. Vooral in het voorjaar, wanneer de knoppen net uitlopen, kunnen koude windvlagen of late nachtvorst flinke schade veroorzaken.

Een heg, schutting of muur kan als natuurlijke windbreker dienen. Je hoeft de plant niet volledig af te schermen, maar een beetje bescherming maakt al veel verschil.

Goede bodem is essentieel

Druiven zijn niet al te kieskeurig, maar ze stellen wél eisen aan de bodem. Ze houden van een goed doorlatende, voedzame grond. Klei is te zwaar en houdt te veel water vast, terwijl zandgrond te snel uitdroogt. Ideaal is een leemachtige grond of goed verbeterde tuingrond.

Let er ook op dat de standplaats niet te nat is. Druiven verdragen geen ‘natte voeten’, dus vermijd plekken waar het water blijft staan na een regenbui. Eventueel kun je de grond verbeteren met compost en wat grind of grof zand om de drainage te verbeteren.

Lees ook: Bemesting van druiven

Volle grond of pot?

Druiven doen het het beste in de volle grond, omdat de wortels dan diep kunnen groeien en de plant steviger wordt. Heb je alleen een terras of balkon? Dan kun je ook een druif in een grote pot zetten, mits je voldoende ruimte en zon hebt. Kies dan wel voor een pot van minstens 30 liter en geef regelmatig water en voeding.

Zorg in beide gevallen voor een goede ondersteuning, zoals een pergola, rek of draad. Druiven zijn klimplanten en hebben iets nodig om zich aan vast te houden.

Let op de ruimte

Een volwassen druivenstruik kan behoorlijk groot worden. Reken op minstens 2 tot 3 meter breedte per plant. Zet hem dus niet te dicht op andere planten, muren of paden. Geef hem de ruimte om te groeien, te klimmen en te ademen.

Tot slot

De beste plek voor een druivenstruik is zonnig, beschut en goed gedraineerd. Met een zuidmuur, voedzame grond en voldoende ruimte geef je je druif de ideale omstandigheden om te groeien én vruchten te dragen. Heb je zo’n plek in je tuin of op je terras? Dan ben je al halverwege een succesvolle druiventeelt. Veel plezier met planten – en straks natuurlijk met oogsten!

Lees ook: Druiven in de moestuin