
Bemesting van doperwten: zo haal je het meeste uit je oogst
Doperwten zijn een dankbare en smakelijke toevoeging aan je moestuin. Ze zijn niet alleen lekker en veelzijdig in de keuken, maar ook leuk om te kweken. Ze groeien snel, bloeien mooi en geven vaak een rijke oogst. Wat veel mensen niet weten, is dat doperwten heel anders omgaan met voeding dan veel andere groenten. In dit blog lees je hoe je doperwten het beste bemest, zonder te veel of te weinig te geven.
Doperwten hebben weinig mest nodig
In tegenstelling tot kolen of tomaten zijn doperwten vrij zuinig als het op voeding aankomt. Ze behoren tot de vlinderbloemigen en kunnen, met behulp van bacteriën in hun wortels, stikstof uit de lucht binden. Dat betekent dat ze zelf een belangrijk deel van hun stikstofbehoefte kunnen regelen. Extra stikstofrijke mest is dus meestal overbodig en kan zelfs leiden tot te veel bladgroei in plaats van peulen.

Wat geef je dan wel?
Hoewel stikstof dus beperkt nodig is, waarderen doperwten wel een voedzame, luchtige bodem. Een lichte gift van compost of goed verteerde stalmest in het vroege voorjaar is vaak al voldoende. Dit zorgt voor een goede structuur van de grond en levert wat basisvoeding. Eventueel kun je een beetje organische meststof toevoegen met een lage stikstofwaarde, zoals een meststof met een verhouding van bijvoorbeeld 4-6-10 (NPK).
Fosfor en kalium zijn belangrijker dan stikstof, omdat die bijdragen aan de bloei en vruchtzetting. Fosfor stimuleert de wortelgroei, terwijl kalium zorgt voor stevige planten en gezonde peulen.
Lees ook: Waarom worden mijn doperwten geel?
Wanneer bemesten?
Het beste moment om te bemesten is vóór het zaaien of planten. Werk in het vroege voorjaar wat compost of mest door de bovenste laag van je moestuinbed. Daarna laat je de bemesting verder met rust. Een bijbemesting is meestal niet nodig, tenzij je op erg arme grond tuiniert of merkt dat de planten duidelijk achterblijven in groei.
Te veel voeding – vooral stikstof – is bij doperwten eerder nadelig dan gunstig. Het leidt tot weelderige planten die wel veel blad maar weinig peulen maken.
Lees ook: Erwten kweken: Zo doe je dat
Extra tips voor een goede oogst
Zorg voor een zonnige plek met goed doorlatende grond. Houd de bodem vochtig, vooral tijdens de bloei en het vormen van de peulen. En vergeet niet om na het seizoen de wortels in de grond te laten zitten: ze verrijken je bodem met stikstof, wat gunstig is voor andere gewassen.
Conclusie
Bij het bemesten van doperwten geldt: minder is vaak beter. Geef ze een goede start met compost en wat kaliumrijke voeding, maar laat ze verder hun eigen gang gaan. Ze zijn namelijk prima in staat om zelf hun voeding te regelen. Zo houd je je teelt gezond, natuurlijk én productief!